“Ik hoop dit te kunnen doen tot het einde van mijn dagen!”
Te midden van het groen ontmoeten we de 33-jarige Mauri Boute. We vinden elkaar in de tunnelserre op De Moeiakker, haar Moeiakker, waar ze volop in de weer is. Het is de afgelopen tijd erbarmelijk weer geweest, dus er komt heel wat extra werk kijken op het veld! In alle drukte maakte ze even tijd voor ons.
“Ik ben geboren in Eeklo, in dezelfde straat als waar we nu wonen, maar ben groot geworden in Assenede, tussen de velden. Ik liep school in Oostakker en studeerde in Gent, maar mocht naar de Academie in Eeklo komen, ik heb hier altijd een halve voet aan wal gehad, eigenlijk. Ik verhuisde zes jaar geleden naar de Moeie in Eeklo, samen met mijn man. Intussen hebben we samen twee kindjes, van twee en van zes jaar. Het is heel druk, maar sinds kort heb ik terug wat tijd voor hobby’s. Ik ga graag naar de Speldekopkes, een naaigroep in de Kringwinkel. Ik vind het heerlijk om met mijn handen te werken!”, vertelt Mauri.
Van architect tot boerin
“Mijn liefde voor de landbouw is geleidelijk aan gegroeid. Ik studeerde Architectuur en nadien Biologische Landbouw. Ik ben altijd geïnteresseerd geweest in natuur en landbouw, maar ook in de wetenschap en kunst. De richting Architectuur leek me daar een mooie mengeling van. Voor mijn eindwerk deed ik veel research over stadsontwikkelingsprojecten, zoals De Moeiakker er eentje is geworden, en werd mijn goesting aangewakkerd. Ik wist meteen dat mijn interesse daar veel meer lag dan bij (klassiek) bureauwerk en architectuur. Het is daarom dat ik besliste om na mijn studies nog twee jaar Biologische Landbouw bij te studeren bij Landwijzer. Daar had je een leuke combinatie tussen theorie en stages. En toen ging de bal aan het rollen!”, klinkt ze enthousiast.
Sociaal-ecologisch project
“Na mijn studies werkte ik een tijdje in een biogroentewinkel, terwijl ik volop op zoek ging naar grond. Het was net op dat moment dat ik de open oproep van stad Eeklo zag verschijnen via De Landgenoten. Zij zochten een goede invulling voor deze plek en iedereen mocht een project indienen. Het moest een sociaal project zijn of het ecologische aspect moest er inzitten. Onze boerderij is niet toevallig een combinatie van de twee: we zijn een bioboerderij en de inrichting op het veld gebeurt op een ecologische manier. Mijn project werd gekozen en intussen bestaan we vijf jaar en zijn we al toe aan ons zesde oogstjaar!”, zegt ze trots. “Ik ben erg gelukkig dat de stad er niet voor koos om dit mooi stukje grond vol te bouwen met appartementen, ik vind het geweldig dat er een landbouwproject werd toegelaten.”
“Vaak noemen mensen het een moestuin of wordt mijn concept verward met volkstuintjes, maar eigenlijk heb ik een zelfoogstboerderij: wij telen alles, zaaien alles, geven alles water, we proberen ervoor te zorgen dat niks ziek wordt… maar onze klanten (of deelnemers) komen alles zelf uit de grond halen. Dat gebeurt steeds op een heel respectvolle manier! Er komen hier zo’n 200 personen (oftewel 110 gezinnen) oogsten. Zij betalen vooraf, op basis van gezinssamenstelling: zo weten wij dat er geld is voor het jaar dat komt én voor hoeveel we personen we moeten gaan telen.”, legt ze uit. “Dit concept noemen we Community Shared/Supported Agriculture en wint de laatste jaren snel aan bekendheid en populariteit!”
“De meeste van onze klanten zijn Eeklonaars, dat is ook de bedoeling natuurlijk. We kiezen bewust voor geen transport, geen verpakking en geen verspilling. Onze klanten waren direct mee met het verhaal en vanaf het eerste jaar al hadden we al veel interesse. De groep verandert regelmatig wat, maar we hebben ook heel wat mensen die klant zijn sinds dag één.”
Elke dag is anders
“Ik waak enorm over mijn werkuren. In sommige periodes is het ontzettend druk, maar ik heb twee kindjes die ik of Simon naar school moeten brengen en ophalen, er moet eten op tafel staan… Ik probeer zoveel mogelijk werk te bundelen tussen 9 en 5 uur, maar natuurlijk moet er soms ook eens in het weekend gewerkt worden of later op de avond. In de winter is het een stukje rustiger, in de zomer hebben we een aantal mensen in dienst om mee te helpen. Ik woon hier ook met mijn gezin, dus ik ben er altijd wel mee bezig. ’s Avonds nog eens een tractor in de stal rijden, nog wat water bijgeven, de serres afsluiten… Elke dag is anders en da’s echt het leuke aan de job!”, aldus Mauri. “Er komt veel planning en administratie bij kijken, het is vaak een hele puzzel. Ik moet zelf niet oogsten voor de klanten, maar moet wel veel communiceren over het oogsten bijvoorbeeld. Wat mag wanneer geoogst worden, hoe pak je dat aan… Wist je dat we zelfs een app hebben voor meer info en facturatie?”
“In het begin moet je je veld leren kennen: waar zijn de natte plekken? Of de droge stukken? Je hebt altijd wel een idee van hoe het gaat lopen, maar ’t is vaak afwachten. Ik doe dit nog altijd supergraag en hoop echt dit te kunnen doen tot het einde van mijn dagen!”
“Ik vind Eeklo echt een supertoffe stad: er zijn veel opportuniteiten, er zijn heel veel mensen om te leren kennen, veel verborgen plekjes die de mensen nog niet altijd goed kennen. De Lange Moeiakker is bijvoorbeeld een heel mooi gebied om in te wandelen, een verbinding tot in het Leen zou geweldig zijn. Aan de andere kant liggen wij ook vlak bij de stad: via de Hartwijk is er een verbinding en dan komen we uit aan ons andere favoriete plekje: Albertha! Eeklo verdient nog meer van die plekjes!”